Een 19e-eeuwse viool
In 1869 waren beide echtelieden overleden, en werd overgegaan tot de inventarisatie van hun boedel. Ze woonden in Den Hoorn, in het huis dat toen het nummer 131 droeg. Daarnaast bezaten ze nog een woning, een stukje bouwland en een stukje weiland. Hun huis had een voorkamer, die uitzag op de straat, met een vaste bedstede daarin. Er was nog een tweede voorkamertje met een bedstede, een gang, een achterhuis, loods, stal en zolder. Apart worden de spullen die zich in de timmermanswinkel bevonden genoemd, en ook in de molen lagen nog eigendommen van IJsbrand en Martje. Opvallend is het bezit van een viool, die samen met enkele schilderijen op f 5,- wordt getaxeerd.
Verder blijkt uit de boedelbeschrijving dat IJsbrand inderdaad vele ambachten uitoefende. Hij had wat schapen, kippen, een paard, enkele koeien en een varken. Daarnaast lagen er op zolder poters klaar, en bezat hij timmer- en wagenmakersgereedschap. Martje bezat een zilveren oorijzer, twee gouden zijnaalden en een gouden slot. Tegenover de bezittingen stonden flinke schulden. Er was onderhands geld geleend van diverse mensen. Ook verschillende leveranciers hadden nog behoorlijke bedragen tegoed, wegens geleverd hout, grutterswaren, en manufacturen.
Notarieel archief Texel kantoor II, inventarisnummer 32
Reacties